De federale regering ziet af van zijn voorstel om de gerealiseerde meerwaarde op de verkoop van te vervangen bedrijfsvoertuigen fiscaal te belasten. Dat stelt o.a. TLV en Febetra tevreden. In het zomerakkoord had de Federale Regering beslist om de vrijstelling van belasting op meerwaarde bij verkoop van trekkers, vrachtwagens, aanhangwagens en opleggers (artikel 44 bis uit het Wetboek van de inkomstenbelastingen) af te schaffen. “Daarom heeft TLV in de afgelopen weken sterk aangedrongen om het systeem alsnog te behouden. De regering is nu TLV gevolgd. TLV is uiterst tevreden met deze beslissing”, zegt Transport en Logistiek Vlaanderen. Volgens TLV heeft het systeem belangrijke voordelen : transporteurs kunnen sneller hun wagenpark verjongen want de transporteur moet dat bedrag herinvesteren in een motorvoertuig of aanhangwagen die aan strengere ecologische eisen voldoen, en de maatregel versterkt het eigen vermogen van de vervoersfirma’s. “En tijdens de crisisperiode vielen niet nog meer faillissementen te noteren in de door zware internationale concurrentie geteisterde sector”, aldus TLV. Nieuwe criteria Wanneer een bedrag gelijk aan de verkregen schadevergoeding (na een ongeval) of de verkoopwaarde herbelegd wordt in bedrijfsvoertuigen die aan bepaalde ecologische normen voldoen, blijfven de meerwaarden op trekkers, vrachtwagens, aanhangwagens en opleggers beschouwd als volledig van belasting vrijgestelde inkomsten. Na 2020 wordt de maatregel echter onderworpen aan nieuwe criteria, die nog niet helemaal zijn vastgelegd. In elk geval wordt uitdrukkelijk opgenomen dat herinvesteringen in motorvoertuigen op gas, elektriciteit of waterstof de vrijstelling van belasting garanderen.
