Tot in de jaren zestig had iedere truckbouwer nog wel enkele torpedomodellen in het gamma. Wijzigingen in de Europese wetgeving voor de gewichten en afmetingen van vrachtwagencombinaties zorgden voor het verdwijnen van de meeste vrachtwagens met een neus. Toch is dit door de chauffeurs zo geliefde type niet helemaal verdwenen in Europa. Wie wil kan zelfs een nieuw exemplaar aankopen. Toen Europa de lengte van een solo vrachtwagen en combinaties aan banden ging leggen betekende dat meteen het einde van de torpedotruck. De grote neus voor de cabine slorpte teveel van de toegestane laadlengte op en de commerciële inzet van torpedo’s was niet langer evident. Helemaal verdwenen deze nostalgische trucks evenwel niet uit beeld. Hier en daar bleef er één in het wagenpark. Soms alleen nog maar om er mee naar een truckshow te rijden, andere als promotiematerieel en sommige bleven echt aan het werk, vooral in transporttakken waar de laadlengte minder belangrijk is. De Strator als voortrekker De grote belangstelling voor torpedo’s heeft enkele Nederlandse bedrijven er toe aangezet toch nog nieuwe torpedo’s te gaan bouwen. Dat gebeurde kort nadat ook Scania en Volvo hun laatste torpedo’s van de markt haalden. De Charles Feijts Groep is een familiebedrijf dat gespecialiseerd is in de toelevering en serviceverlening van transportmiddelen naar zakelijke klanten en overheid. De eerste door CFG gebouwde Iveco torpedotruck, een 6×4 trekker, werd in februari 2007 geleverd. De basis werd gevormd door het chassis, de cabine en de aandrijflijn van Iveco, geproduceerd in het Duitse Ulm. Het design van de karaktervolle neus vond zijn oorsprong in Australië. In 2007 werd het tweede exemplaar, een zwarte 4×2 trekker, voorgesteld op de RAI in Amsterdam. Vanaf dat moment werd Strator, de samenvoeging van Stra(lis) en tor(pedo), de officiële benaming van dit concept. Model en naam zijn sindsdien internationaal geregistreerd. De Strator kwam nog meer in de belangstelling omdat Gerard de Rooy zo’n rallytruck ging inzetten in de Dakar 2012 en ook won. In tegenstelling tot de relatief beperkte actuele range van de PowerStar in Australie, een smalle dag- of slaapcabine en een 6×4 asconfiguratie, is de Strator uitgegroeid tot een volledige truckrange met korte cabine, smalle slaapcabine met hoog of laag dak en brede slaapcabine met semi-hoog of hoog dak. Motorisch is er keuze uit Cursor varianten van 310 tot 560 pk en handgeschakelde of geautomatiseerde versnellingsbakken. De Strator is bovendien leverbaar als 4×2 trekker en vrachtwagen, 6×2 trekker met voorloopas, 6×2 trekker en vrachtwagen met liftbare dubbellucht sleepas, 6×2 vrachtwagenchassis met liftbare enkellucht sleepas, 6×2 vrachtwagen met gestuurde enkellucht naloopas, 6×4 trekker en vrachtwagen, 6×4 trekker voor zwaar transport en 8×4 vrachtwagen. DAF XT Op speciale aanvraag bouwde DAF-dealer De Burgh uit Eindhoven de DAF XT torpedotruck. Die is gebaseerd op het type DAF XF105. In principe kan iedereen bij De Burgh aankloppen voor een nieuwe DAF XT. “Natuurlijk moeten we dan wel om de tafel om te overleggen over bijvoorbeeld asconfiguraties en wat er allemaal wenselijk en mogelijk is, maar in principe is iedereen hier welkom voor een XT”, bevestigt verkoopleider Guido van Stiphout van De Burgh. Er werden een drietal torpedo’s gebouwd. Succesvoller was de firma Vlastuin Truck Building in Renswoude met zijn Scania torpedo’s. Hendrik Vlastuin en zijn team verkochten inmiddels al een vijftigtal Scania torpedo’s. Met de komst van de jongste generatie frontstuur Scania’s werd zelfs een nieuw model ontwikkeld, de Scania NextGen Torpedo. De eerste, een S730 Highline met sleepas, werd onlangs afgeleverd. 
Populair buiten Europa Het land bij uitstek voor torpedotrucks blijft Amerika. Omdat de wetgeving daar alleen de lengte van de trailer voorschrijft kan de Amerikaanse transporteur er naar eigen willekeur een lange trekker voor plaatsen. Frontstuurtrekkers zijn er dan ook een zeldzaamheid en torpedo’s met een enorme slaapcabine de norm. Ook in Zuid-Amerika zijn torpedo’s nog populair, net als in Afrika en Australië. 
De schaarse torpedotrucks die we in Europa nog tegenkomen horen tot specifieke categorieën:
- Showtrucks
- Oldtimers
- Uitzonderlijk vervoer
- Legertrucks
- Promotievoertuigen
Als showtrucks en promotievoertuigen worden jaarlijks nog een beperkt aantal Amerikaanse voertuigen ingevoerd in Europa. Een aparte rubriek vormen de trucks voor uitzonderlijk vervoer, waarbij bijvoorbeeld Foremost, Mol, Paul Nutzfahrzeuge, Titan, Tor Trucks en Volat nog mooie torpedotrucks bouwen. De kans dat je ze evenwel in Europa aan het werk ziet is klein. De kans is iets groter dat je werfvrachtwagens van Mercedes-Benz (Zetros), Tatra (Jamal), KrAz, GAZ of Ural (Next) tegenkomt, vooral dan in het oostelijke deel van Europa. Comfort en veiligheid Door de plaats van de cabine tussen de voor- en achteras(sen) is het comfort van een torpedo beter dan een frontstuurtruck, waar de chauffeur letterlijk boven de vooras zit. Ook de gewichtsverdeling is interessanter, vandaar dat je het concept nog tegenkomt bij racetrucks en rallytrucks. Anderzijds biedt de grote neus een veel grotere kreukelzone en dus een veel grotere veiligheid bij frontale botsingen. In de nieuwste wetgeving voor de afmetingen van trucks gaat er trouwens rekening gehouden worden met een grotere kreukelzone en komen we in feite weer tot een soort van semi-torpedo vrachtwagens. Er zijn overigens niet alleen voordelen. De grotere neus biedt minder zicht op wat er zich net voor de truck afspeelt, de draaistraal is groter en uiteraard is het concept langer, wat een verlies aan laadlengte betekent.
